Hoe kan de Eeuwige tot je spreken
als je voortdurend zelf aan het woord bent?
Als je jezelf oefent in het stil worden, in het contact maken met jezelf en de waanzinnige wereld buiten sluit. Als je je gedachten, die onophoudelijk komen en gaan, niet voedt, niet volgt, niet gelooft.
Als je werkelijk stil durft te worden, je adem volgt: in … en uit, in … en uit, in … en uit. Dán kan het zo maar gebeuren dat er informatie tot je komt, in een beeld, in een woord, waarvan je denkt: dát had ik nooit kunnen bedenken.